Over draken en Varkens..

13 februari 2019 - Chiang Mai, Thailand

Zo, het is alweer even geleden dat ik wat op de reisblog heb gezet. We hebben echt héél erg veel gedaan, dus ik heb ook heel wat in te halen.

We gaan terug naar zaterdag 9 februari. De dag dat Arjen jarig was en Delayla haar verjaardag vierde, in het o zo verre Nederland. Hier stonden we vroeg op. Onze eerste nacht in de hut was ons erg goed bevallen; zodra je het licht uit doet, is het echt pikkedonker! Dat slaapt echt zoveel beter! De bedden in Thailand zijn over het algemeen hard. Aangezien we thuis een traagschuim matras hebben is het op zin minst gezegd wennen. Maar doordat wij het altijd weer voor elkaar krijgen de hele dag op pad te zijn, zijn we ’s avonds toch vaak moe en dan val je toch wel in slaap. 

Wij moesten om 8.15u klaarstaan voor het hotel, waar Anna ons op zou halen. Ze was precies op tijd en even verderop stonden onze fietsen klaar. Het was een Thaise vrouw, die eigenlijk een veel langere naam had, maar we mochten haar voor het gemak Anna noemen. Ze was wat kleiner dan ik, had een survivalhoed op, haar rugtas op de buik, een legging met daarover een sportbroekje. Ze zag eruit alsof ze ons gingen leiden door de wildernis. Nadat we onze fietszadels goed hadden ingesteld, konden we gaan fietsen. Belangrijk detail; ze rijden in Thailand links. Dit heb ik natuurlijk al eerder benoemt, maar dit om het geheugen op te frissen. Het is dus wel even wennen, want je rijd voor het grote deel gewoon over de drukke weg. We waren blij om dit met een tourguide te doen, om even te wennen hoe het hier in het verkeer werkt. Ik moet zeggen, het went wel snel.

Als eerste gingen we naar een Wat (tempel), nou ja, de eerste uit deze tour. Anna kon ons super veel vertellen, en het was erg interessant. Zo staat er namelijk bij alle Wats aan de linkerzijde een kleinere Wat, waar alleen mannen mogen komen. Dit is de ceremoniële hal. Over het algemeen meestal alleen voor monniken waar speciale ceremonies worden gehouden. Deze zijn dus ook niet open voor toeristen. Deze Wat die we bezochten was al 700 jaar oud, maar dat was absoluut niet te zien. Hij wordt regelmatig bijgehouden en opgeknapt. Het is de eerste Wat van Chiang Mai, laten bouwen door de eerste Koning. Chiang Mai hebben ze verhuist, de huidige Chiang Mai is zeg maar het ‘nieuwe’ Chiang Mai. De eerste Chiang Mai waren regelmatig overstromingen, waardoor ze de stad ergens anders moesten opbouwen. De koning is dus zo goed als begonnen om deze Wat op te bouwen in het huidige Chiang Mai.

Achter de tempel stond een witte ‘Prang’. Blijkbaar wordt dit overal anders genoemd, dit heeft te maken met welke bevolking de tempel heeft opgebouwd. Wij houden het voor het gemak op een ‘prang’, het heeft exact dezelfde functie en alle andere synoniemen weet ik niet meer. Deze prang werd ondersteunt door Olifanten. ‘Chiang’ betekent ook Olifant en Anna vertelde dat het de stad van de olifanten is. Ze legde uit dat zoals Jezus het kruis draagt, de Olifanten de prang dragen. Olifanten zijn sterk en zijn dus volgens de mensen uit Thailand in staat zo’n grote Prang te dragen en te verplaatsen. Hier is dan ook een verhaal over in het boek van het Boeddhisme. De ingang van de prang, waar achter de schat van Boeddha ligt, wordt bewaakt door twee Naga’s. Ze zien eruit als slangachtige draken die langs de trap naar beneden sidderen en hun kop hoog en bek wijd open houden. Jeroen en ik vinden die Naga’s echt prachtig.

De Olifanten krijgen overigens ook offers van de bevolking hier. Ze zien de olifanten onder de prang als levende dieren, of als geesten. In het eerste geval krijgen de olifanten banaantjes en rietsuiker in een mooi schaaltje opgediend. In het tweede geval tabak en andere ´rokerige´ dingen, omdat geesten natuurlijk niet kunnen eten..ofzo.. 

Achter de prang is er een klein hutje op palen op het water. Er is geen brug meer, maar daarbinnen zouden dan de officiële geschriften over het Boeddhisme moeten liggen, die alleen voor monniken bestemd zijn. Dit hutje staat boven water om insecten weg te houden. De geschriften zijn namelijk zeer delicaat. 

Achter in de tempel stonden 9 verschillende Boeddha´s, of tenminste, 9 houdingen van een Boeddha. Ze waren allemaal goudkleurig. Elke houding is gebonden aan een fase uit het leven van de Boeddha, en is gebonden aan een dag. De dag waarop je geboren bent is dus ´jouw Boeddha´, waar je jouw donatie doet. Ik ben geboren op een maandag. Dit wist ik toevallig omdat het de eerste schooldag was voor Kay en Arjen na het weekend, en dus snel beschuiten werden gesmeerd met roze muisjes om op school uit te kunnen delen. Jeroen had het even opgezocht, en hij is geboren op een donderdag. Maandag staat voor ´priester´ waarbij de Boeddha staat en 1 hand voor zich houdt als een soort van stop-teken. Jeroen heeft een zittende Boeddha met zijn handen gevouwen rustend op zijn schoot. Woensdag heeft twee verschillende Boeddha’s, omdat dit gezien wordt als de heiligste dag. Er wordt hierin onderscheid gemaakt aan het ochtend-middag kind en het avond kind zeg maar. Daarnaast heb je dus de ‘algemene’ Boeddha die je bij de meeste tempels ziet; een zittende Boeddha met zijn linkerhand als een kommetje op zijn schoot en zijn rechterhand over zijn schoot, met de vingers wijzend naar de aarde. Dit zijn de meest bekende poses van Boeddha, maar er zijn er in totaal 74 verschillende (als ik het goed heb onthouden.. maar in ieder geval heel erg veel!)!

We vervolgden onze weg naar de drie Koningen. Lang, lang geleden werd Thailand namelijk geregeerd door 3 Koningen. Nou ja, wat nu Thailand is eigenlijk… het waren vroeger drie verschillende gebieden. Ranma I heeft Chiang Mai dus ‘verhuist’ naar een veiliger gebied, in overeenstemming met de andere twee koningen. Op het grote plein staan drie beelden, gebroederlijk bij elkaar, met Ramna I in het midden die zijn armen wijd heeft alsof hij de andere twee koningen nader tot elkaar wilt zetten.

Het was een kort bezoekje aan deze drie Koningen, en vervolgden onze reis naar de tweede tempel van deze tour. Dit was dan weer de meest recente tempel die nog niet zo lang af is. Deze zag er echt weer geheel anders uit. Waar de eerste felle kleuren met wit, rood, goud en glas was gedecoreerd, was deze tempel zwart met goud. Aan de linkerzijde geen ceromoniële Wat te vinden, maar wel heel veel schattig afgebeelde monniken op een rij langs de Wat. Deze waren gemaakt van rode klei, en stak goed af op de Wat. In deze Wat vertelde Anna over de dieren van de Chinese kalander. Ook dit is een belangrijk onderdeel in het bidden binnen de tempel. Chinees nieuwjaar, zoals we al gemerkt hadden, start begin februari. Dat houdt in dat ik volgens hun kalender in 1988 ben geboren. Ik dacht altijd dat ik een slang was, 1989, maar ik ben dus.. een draak! Ze vertelde dat dit het meest heilige dier is en dat iedereen hoopt kinderen te krijgen in dat jaar. Dit nieuwjaar wordt behoorlijk groots gevierd. Dit jaar is het jaar van het varken. Jeroen vroeg of er een dier was die het minst populair is waarop Anna meteen reageerde dat dit het varken was. Dit jaar dus niet zo’n populair jaar dus. Anna vertelde dat de schaamte bij de meesten zo groot is, dat men zegt dat ze niet uit het jaar van het varken komen, maar van de olifant. We moesten erom lachen. Na dit alles wilde Jeroen en ik weten welk dier Jeroen is.. je raad het natuurlijk al… Dit is Jeroen zijn Lucky year! Jeroen is een varkentje! Betekent wel dat dit Jeroen zijn geluksjaar is. Wat aardig klopt, nieuwe baan, huwelijksreis en hopelijk afstuderen natuurlijk. Maar na deze informatie hebben we natuurlijk de volste vertrouwen in dat dit wel gaat lukken :P. Maar toch.. Ik draak, Jeroen Varken. Ik kwam níet meer bij, al helemaal niet toen Jeroen aan Anna vertelde wat hij bleek te zijn. Anna begon keihard te lachen, waarop ik echt nog harder moest lachen. Het lieve was dat Anna vervolgens hem wel geruststelde dat dit dus wel zijn geluksjaar is. Dit werd een terugkerend thema, en wanneer Jeroen knort, maak ik mijn ‘draken geluid’. Tevens kwamen we tot de conclusie dat mijn moeder dus Khaleesi moet zijn ‘mother of dragons’ (ja mam, dan moet je maar Game of Thrones gaan kijken :P). Nou ja, als Khaleesi ook een Paard en een Haan als kinderen had tenminste, want dat heb ik even uitgezocht, dat zijn de kalenderdieren van Arjen en Kay.

Maargoed, verder met de tour. Nadat we deze Wat hadden bezocht vroeg Anna of wij al ontbeten hadden. Dat hadden wij niet dus gingen we naar een kraampje achter de Wat. Er zat daar een vrouw op leeftijd (ik gok tussen de 65..70 jaar) waar Anna waarschijnlijk uitlegde dat we wat gingen proeven en dat ze daarna zou betalen. Maar dan in Thai. Anna pakte een bamboe stok van het kleine bbqtje van de vrouw, met bovenop kokosnoot ‘haar’. Het leek wel een uit de hand gelopen sigaret. Ze legde uit dat dit een typisch Thais gerecht is wat vele locals eten als snack of ontbijt. Ik keek naar de bamboe stok en was oprecht benieuwd hoe we het gingen verorberen. Maar, blijkbaar zat het gerecht ín de bamboestok zat. Ze maken sticky rice, met rozijnen, vullen daarmee de bamboestok, sluiten het af met kokosnoot ‘haar’ en leggen het op de bbq om te garen. Vervolgens maakte ze de bamboestok open door aan de bovenkant een stukje eraf te trekken wat een hele reep vormden. Dit deed ze met de gehele bamboestok en om de sticky rice bleef een flinterdun laagje zitten. Ze haalde ook het kokosnoot ‘haar’ eraf en zei dat we er stukken af konden trekken om op te eten.. zo.. lekker joh! Ik zou elke dag wel zo’n ontbijt willen! Waarschijnlijk niet heel gezond, maar lekker was het zeker! Ze vertelde vervolgens dat om te zeggen dat je iets lekkers vind je “aaroikaa” (ik heb het even fonetisch uitgeschreven). Mannen zeggen “aaroigap” (engelse ‘g’). Nou, ik kan jullie vertellen, dat deze fietstour deze uitspraak veel van toepassing is gekomen!!

Nadat onze maagjes gevuld waren vervolgden we onze reis naar de derde tempel, eentje waar je niet omheen kon als je in Chiang Mai bent geweest. Ik weet dat ik normaal heel netjes ben met de namen, maar mijn geheugen laat me in de steek, en met al die verhalen die ik moet uittikken, laat ik het even voor wat het is. Achter deze gigantische imposante Wat, die jullie pas na onze vakantie kunnen gaan zien (maar zal wel de Naga ervan showen op de vlog), staat ook een enorme prang, die er niet zo opgeknapt uitziet als de Wat. Deze prang was ooit 80m hoog, en is nu nog steeds gigantisch, maar door een aardbeving is het ingestort. De enorme olifanten staan er wat sneu bij, waarvan sommigen een hoofd missen, de ander een slurf. Waarschijnlijk krijgen deze olifantjes alleen tabak.. de prang zelf doet mij denken aan Ayutthaya, waarbij de bakstenen zichtbaar zijn. Alleen deze prang heeft aan iedere zijde een trap met zevenkoppige Naga’s. Potverdrie, ze mogen dan alleen wit zijn en niet gedecoreerd, het detailwerk van deze beesten is echt prachtig en imposant! In deze prang hoort de Jade Boeddha. Maar hij zit nu in Bangkok. Dit is dus een Boeddha, compleet gehouwen uit een gigantische Jade steen en deze Boeddha is geloof ik 70cm groot. 

Achter de prang zijn twee gedenktempels voor een belangrijke monnik die erg veel voor de bevolking heeft betekent. Hij heeft veel schulden af kunnen lossen door alle donaties van bevolking te schenken aan de regering. Dit heeft Thailand uit een behoorlijke economische crisis gehaald, en deze man is dus tamelijk heilig voor hen. In deze tempel is een wassen beeld van hem te zien (de tweede tempel werd gerenoveerd, waarvan Anna vertelde dat dit beeld er heel erg echt uitziet), die ik al tamelijk echt eruit vind zien. Hij mediteert in een glazen kast en voor hem liggen een aantal korreltjes van zijn as in een gouden schaaltje. De tempel werd druk bezocht door locale bevolking en werd erg veel gebeden.

Na een rondje om de gigantische prang gingen we naar binnen bij de Wat en kregen we van Anna een stokje met een vierkant papiertje aan het uiteinde van het stokje. In dit papiertje zat een stukje bladgoud. Bij ons kalenderdier mochten we dit op een klein soort tempeltje het bladgoud plakken, dat ons dat geluk zou brengen. Giechelend gaf ze het bladgoud aan Jeroen en zei ze dat hij de tempel van het varken moest zoeken. Daarna hebben we de tempel van de draak gezocht. Toen toeristen ons dit zagen doen, ging iedereen opeens zo’n stokje kopen. Al hadden ze verder geen idee waarom wij nou net die twee tempeltjes hadden gekozen. 

Dit was de laatste tempel, en we vervolgden onze reis naar de locale markt. Die is alleen in de ochtend open. Ik hou het kort, want dit was vooral een beleving en veel “aaroikaa” en “aaroigap”, als jullie begrijpen wat ik bedoel 😉. De Markt was enorm en van thaise kledij tot levende vissen die in stukjes gehakt werden.. Het was een bijzondere beleving.

Wij dachten dat al die lekkernijen die we proefden, ons lunch was. We waren al behoorlijk verzadigd, maar toen vertelde Anna dat we naar het beste Thaise restaurant van Chiang Mai gingen om te lunchen.. O…Pffffff.. We kregen een gerecht Khao Soi, een hele lekkere curry. Deze was ook, want deze was inmiddels de derde die ik proefde, echt ontzettend lekker. Maar als je het restaurant zag.. zou je niet zeggen dat dit de beste is. Maar de mensen waren zeer lief en toen ik ze in het Thais bedankte en zei dat het heel lekker was, bedankten ze ons enthousiast. We hebben het niet op gekregen hoor, en gingen met een overvolle maag fietsen. Dit bleek ook echt een tijdje fietsen te zijn, want we gingen buiten de oude stad, de nieuwe stad in, om in allerlei steegjes informatie te krijgen van Anna wat voor soort boom of plant in de tuinen van mensen waren, die allerlei functies hadden. Van Bananen bomen tot kruiden, ze wist het allemaal. Blijkbaar telen de Thaise mensen dus ook veel zelf in hun achtertuin. 

We eindigden de tour bij de fruitmarkt, waar we nóg meer eten kregen aangeboden van Anna.. We hebben één hapje genomen van een lokaal stuk fruit, Jack fruit. Deze vrucht hadden we zien hangen aan een boom bij de eerste tempel. Echt een enorm ding! Als je vervolgens de vruchten ziet, zou je niet zeggen dat dit daarvandaan komt. We kregen de rest van het fruit mee, en 20 meter verderop was alweer onze hut. 

De tour was echt geweldig, maar op één of andere manier waren we beiden best wel stuk. We gingen even liggen, maar zijn allebei in slaap gevallen. De rest van de dag hebben we eigenlijk rustig aan gedaan en zijn we alleen de deur uit geweest om wat te eten. Daarna zijn we lekker op ons privé terrasje gaan zitten met een biertje. Zo, het is alweer even geleden dat ik wat op de reisblog heb gezet. We hebben echt héél erg veel gedaan, dus ik heb ook heel wat in te halen.

Foto’s

3 Reacties

  1. Jackie:
    13 februari 2019
    Nou als ik je moet geloven ben ik HEEL bijzonder in Thailand. Ik ben op woensdagochtend geboren in 1988.😊😊😊😊😁
  2. Lotte:
    14 februari 2019
    Haha Nice! Kijk, twee draken bij elkaar, daar krijg je het al!
    Ja volgens de Chinezen en Thai heb jij het geluk van de wereld in pacht! In het jaar van de draak maar n lot lopen ;-P
  3. Carla:
    15 februari 2019
    Wauw wat een gave fietstoer. Anna lijkt mij een hele goede gids. Leuk om al die info te krijgen van iemand die daar woont. Jeroen een varken. Haha veel biggen?? Keuke gerechten wel spannend. 😘